Aan deze blog heb ik best veel werk gehad: bewerken in Lightroom! Ik vroeg onlangs via Instagram naar waarover je het liefst leest hier op mijn blog. De meeste stemmen gingen naar ‘voor en na foto’s en hoe ik ze bewerkt heb’. Dus kijk 🙂
Ik bewerk mijn foto’s in Lightroom Classic, de desktopversie van het programma. 1001 mogelijkheden, een fantastisch ding. Het programma is wel betalend, dus ik neem aan dat de kans groot is dat je het programma niet hebt staan.
Het goeie nieuws is: de app Lightroom voor op je smartphone is wél gratis en op het eerste zicht kan je er net zo veel mee als met het programma voor op de computer.
Screenshots en uitleg komen van mij tijdens het bewerken op mijn computer, maar het principe en de benaming voor alles is hetzelfde als op de app. Dus download ‘m effe en volg stap per stap mee!
RAW
Voor het bewerken van foto’s is het heel belangrijk om met een RAW-bestand te beginnen en niet met een JPEG. RAW-bestanden houden veel meer informatie vast, waardoor je tijdens het bewerken ook een pak meer mogelijkheden hebt.
Via de Lightroom-app kan je met je telefoon zulke RAW-foto’s maken. Doe dat eerst, voordat je begint met een “gewone” foto.
Ik gebruik hier effe een foto van mijn eigen kiddo, van de laatste Grote Lockdown Fotochallenge. De foto is trouwens veel te donker. Maar kijk, dat hebt ge, als ze het ene moment mooi in het licht zit, en het andere beslist zich om te draaien. Zucht.
Maar een foto hoeft technisch niet altijd perfect te zijn, vind ik.
Presets
Ik werk al jaren met het programma, en heb flink wat presets verzameld. Het merendeel is nutteloos en niet mooi, maar sommige zijn wel leuk. En dan heb ik er nog een handvol zelfgemaakt.
Ik start altijd met eerst eens te kijken hoe de foto eruit ziet met een preset op. Ben ik niet content? Dan start ik van 0. Maar vaak werk ik verder vanuit een preset.
Formaat, bijsnijden en rechttrekken
Het allereerste dat ik doe bij een foto, is het formaat wijzigen naar 4:3. Ik vind die klassieke fotoverhouding het mooist. Ie komt trouwens redelijk in de buurt van de 4:5 verhouding die Instagram gebruikt.
Bij deze foto is het minder van toepassing, maar ik krijg de kriebels van scheve foto’s. Een horizon die niet recht is, de zee die leegloopt, muren die scheef staan, … Dus, trek je foto’s recht 🙂
Soms crop ik mijn foto’s ook een beetje, zoals bij deze foto het geval was. Ik vind hem mooier om naar te kijken als ie wat is bijgesneden, dan het origineel.
Eerste kaderke
Het volgende dat ik bekijk, is de witbalans. Ik hou van iets warmere foto’s, met wat minder roze. Zorg er wel voor dat je niet over de top gaat, hou het natuurlijk. Kijk daarvoor vooral naar de kleur van de huid. Al kan je dat wat later ook weer bijregelen, indien nodig.
Bij mijn foto’s trek ik de hooglichten en witte tinten helemaal of zo goed als helemaal naar beneden. -80 tot -100. Bij deze foto van Pipa heb ik de hooglichten wel hoger gezet, omdat de foto eigenlijk te donker was.
Schaduwen doe ik was naar omhoog, zwart ook, maar iets minder om zo toch wat contrast te behouden.
Helderheid zie ik vaak liever iets meer, maar niet veel. Rond +5. Voor sommige portretten en zeker bij baby’s trek ik die dan juist wat naar beneden, -5. Textuur ook een beetje.
Van levendigheid en saturatie blijf ik af. Alleen op het einde van het hele proces bekijk ik of ik daar nog wat aan moet doen.
Curves
Een S-curve is een basic principe waar je voor de meeste foto’s al een groot verschil maakt. Zowel in de puntcurve, als per kleur: rood, geel en blauw.
In de puntcurve trek ik het onderste punt uiterst links een klein beetje omhoog, dat maakt je zwart ietsje minder zwart. Hetzelfde rechtsboven, daar trek ik het punt ietsje naar beneden. Dat maakt het wit iets minder wit. Mee opletten wel, dat je je foto niet té plat maakt.
De curves is vooral wat experimenteren en niet te extreem in gaan.
Zo heb je de belangrijkste stappen al gehad sie.
Split toning
Met dit geef je je foto’s een bepaalde look. Handig als je op je Instagram probeert een specifiek kleurenschema aan te houden. Ik gebruik dit wel maar miniem. Hoe zeggen ze dat? A little bit goes a long way. Al geldt dat niet alleen voor split toning, maar al het bewerken in Lightroom.
De schaduwen maak ik een tikkeltje warmer met oranjerood, de hooglichten ietsje geler.
Kleuren
Met deze sliders kan je alles van je kleuren wijzigen: de intensiteit, hoe donker of licht en zelfs de kleur an sich. HSL heet dat, hue, saturation en luminance. Blauw warmer, groen en geel minder fel en rood en geel wat lichter. Da’s hoe ik het meestal doe.
Ik hou niet echt van het groen zoals het vaak uitkomt op een foto. Ik vind dat te fel en niet mooi. Ik maak het groen wat donkerder en ofwel een pak geler, ofwel meer richting zo sparrenkleuren. Beetje afhankelijk van wat ik in gedachten heb.
Met de rood, oranje en gele sliders kan je de huidskleur weer onder controle krijgen. De kleur zelf hoef je niet aan te passen, maar wellicht moet de verzadiging wat naar beneden en luminantie naar omhoog.
Verscherpen
Met deze module maak je je foto’s wat scherper. Als je met de desktopversie werkt en een van de sliders verschuift ondertussen Alt inhoudt, kan je exact zien wat je aan het doen bent.
Lokale aanpassingen
Met de penselen werk ik vuiltjes, puistjes, vlekken weg. Meestal gaat dat heel goed in Lightroom, al schakel ik voor preciezer werk meestal over naar Photoshop.
Met de gradueel filter of het aanpassingspenseel maak ik bepaalde hoeken donkerder, zodat er meer aandacht gaat naar wat ik zelf wil.
En dan nog een paar, gewoon omdat het leuk is:
Dus ja, foto’s maken is nog niet eens het halve werk. Bewerken in Lightroom kost best veel tijd. Aan een hele reeks foto’s van 1 sessie, zit ik gemiddeld een uur of vier te werken. Soms wat langer, soms gaat het sneller.
Vragen? Lemme know! Stuur me een berichtje via Instagram of Facebook, of mail naar hallo@defotoschuur.be
Is dit echt niet je dada, maar vind je mijn werk mooi? Door corona zijn fotoshoots binnen niet toegelaten, maar buiten fotograferen mag! Dat kan al vanaf 150 euro. Meer weten?
